Wat past bij jouw kind?

De éne ouder laat zijn kind erg vrij, de ander is streng. De één maakt zich nergens druk over, de ander is overbezorgd. Veel ouders, veel verschillende opvoedstijlen.Je kiest wat bij jou past, waar jij je goed bij voelt. Maar wat vaak vergeten wordt, wat past bij jouw kind(eren)? Ieder kind is n.l. anders.Het éne kind krijgt een driftbui wanneer hij boos is, een ander kruipt stil in een hoekje. Het éne kind maakt makkelijk contact met anderen, de ander is verlegen en vindt dit moeilijk.Houd hier als ouder rekening mee.Wanneer een kind bijvoorbeeld heel verlegen is, werkt het vaak averechts om te “eisen” van je kind dat hij een hand geeft aan nieuwe personen, wanneer hij dit echt heel spannend vind.Wat niet wil zeggen, als dat een belangrijke waarde (je voorstellen aan nieuwe personen) voor jou is die je je kind wil meegeven, je dit dan maar moet negeren. Maar er zijn verschillende manieren om hier mee om te gaan. Wat in ieder geval voor ieder kind belangrijk is, is dat jij als ouder voorspelbaar bent. Dus vertel wat er staat te gebeuren in bovengenoemd voorbeeld en wat jij van je kind verwacht. En help je kind hierbij.Bijvoorbeeld: “We gaan dadelijk even naar…………………….mama vindt het belangrijk dat jij je voorstelt. Maar jij mag kiezen of je een hand geeft of alleen hallo zegt”. Of je stelt voor: “je zegt hoe je heet of zegt hallo”.Je kan je kind hierbij ook helpen en voorbereiden door dit te oefenen thuis. En dan complimenteren wanneer hij het doet. Doordat je je kind een keuze geeft, motiveer je hem.