“Schiet nou op, anders kom je te laat!”
of
“Doe je jas aan, anders krijg je het koud!”
Herkenbaar?
En zeg jij dit ook regelmatig tegen je kind(eren)?
Eigenlijk zeg je steeds: “ik ben bang dat er zo meteen iets vervelends gaat gebeuren”.
Kinderen vinden dit vaak gezeur. En daar hebben ze een punt.
Hoe kun je dit nu anders formuleren?”
Als we een beetje opschieten zijn we nog mooi op tijd!”
of
“Hier is je jas, lekker warm!”
En begin jij je zinnen ook vaak met het woordje: “NIET”?
Wanneer je dat doet, zullen je kinderen minder snel geneigd zijn te luisteren.
Bijvoorbeeld: “niet rennen in de woonkamer”
Wanneer je dit positief formuleert, zeg je: “ik wil dat je rustig loopt. Buiten mag je rennen!”
Je vertelt je kind dus wat het wél mag, in plaats van wat het niet mag. Je kind mag dus nog steeds niet rennen binnen, maar door op deze manier te communiceren met je kind, zal hij/zij veel eerder instructies opvolgen en zal je veel minder strijd hebben. Dit zijn voorbeelden van “positief opvoeden”.
Nieuwsgierig geworden? Volg dan eens één van de workshops van Joyeux.
In 2 uur tijd leer je enkele strategieën voor positief opvoeden, die je kan gebruiken om problemen te voorkomen en kunt toepassen als je kind ongehoorzaam is.
