Inhoudsopgave
1. Opruimen. Dit kunnen ze best:
- hun kamer of speelgoed opruimen. Zorg dat alles een plekje heeft. Dat geeft voor iedereen duidelijkheid en ook kun je dan goed zien of je misschien te veel speelgoed hebt liggen.
- de eigen kleren uit de berg schoon wasgoed vissen en in de kledingkast of lades doen.
- vlak vóór televisietijd even de woonkamer opruimen.
Natuurlijk kun je een net opgebouwd bouwwerk of treinbaan best een dag of twee laten staan voor het opgeruimd wordt!
2. Helpen met koken
- lekker de groenten wassen en kleiner snijden. Niet al te scherp mes gebruiken bij de kleintjes 😉
- in de pan roeren, cake beslag roeren, pan vullen met water.
- tafel dekken. Handig om, niet al te duur, servies en bestek op pak-hoogte te hebben liggen.
3. De was
- vuile was in de wasmachine doen.
- wasmachine leeg halen en was in de droger doen of:
- de was ophangen aan droogrek. Vinden ze geweldig! Ook lekker buiten!
- eigen kleren opruimen (zie punt 1).
4. Nog meer klusjes binnen
- planten water geven.
- stofzuigen.
- vloer dweilen.
- voor het huisdier zorgen (eten geven, hok verschonen, borstelen, hond uitlaten).
5. Rond het huis
- na het spelen buitenspeelgoed opruimen. Ook voor dit speelgoed geldt: alles heeft een plek.
- fietsen naar binnen of op slot.
Hou de kinderen gemotiveerd door ze af en toe van klusje te laten wisselen. Oudere kinderen kun je eens in de zoveel tijd vragen welk klusje ze de komende tijd op zich nemen.
Een familievergadering is sowieso een goede gewoonte waarin allerlei zaken besproken kunnen worden en je met zijn allen op een gezellige manier (nootjes erbij!) in contact blijft en goede afspraken kunt maken.